De Duitse koning Frederik II of Frederik de Grote (1712-1786) van het Heilige Roomse Rijk geldt als een van de meest bekende telgen uit het geslacht Hohenzollern. Hij profileerde zich als de eerste agnost uit de moderne tijd. Verder schreef deze Verlichtingsdenker diverse boeken over politiek. Hierbij een citaat over
Een citaat van de Duitse filosoof Johann Wolfgang von Goethe over de Verlichting.
In 1784 kwam het boek “Wat is Verlichting?” van de Duitse filosoof Immanuel Kant (1724-1804) uit. In dit werk gaat hij in op de geestelijke stroming van De Verlichting. Hieronder ene kort citaat uit dat boek.
Het Verdrag van Allahabad uit 1765 bepaalde dat in door de Britten veroverde provincies het belastinggeld naar de Britten zou gaan. Het verdrag werd ondertekend door de Mogolvorst Shah Alam II. Hieronder een fragment uit de tekst van het Verdrag van Allahabad.
Ten tijde van de Bataafse Republiek (1795-1814) plantten revolutionairen op diverse pleinen in Nederlandse plaatsen vrijheidsbomen. De vrijheidsbomen werden vaak ingewijd met een ceremonie waarbij de sfeer anti-Oranje was. Zo werd tijdens de onthulling van een vrijheidsboom op De Dam in Amsterdam, op 4 maart 1795, door een stadsbestuurder de
Vrijheidsbomen vormden een symbool van de vernieuwde maatschappij na de Franse Revolutie (1789). Na de Franse inval en het ontstaan van de Bataafse Republiek kwamen er in het voorjaar van 1795 op veel centrale pleinen van Nederlandse steden en plaatsen vrijheidsbomen te staan, die met een anti-orangistische ceremonie (zoals een
“Aan het Volk van Nederland” geldt als het meest bekende en beroemde pamflet uit de Nederlandse geschiedenis. In de nachtelijke uren van 25 op 26 september 1781 werd dit document, dat anoniem verscheen, verspreid in de Republiek. Honderdtien jaar na de publicatie, in 1891, stelden historici vast dat de patriot
Adam Smith (1723-1790), fragment uit zijn beroemde boek over het economische liberalisme: ‘An Inquiry into the Nature and the Causes of The Wealth of Nations’ (1776): “De mens heeft ongeveer altijd behoefte aan de hulp van zijn medemensen en